Ik word ziek zonder jou #5

Lees hier de vorige delen

Wouter zei:" Ik denk dat wij elkaar niet zullen vergeten. Tenminste dat hoop ik." "Als jij nou in Amsterdam.komt studeren." Ik glimlachte, hij ook. " Misschien wil ik wel helemaal niet studeren." " Kom op Wouter, je bent slim genoeg en anders gooi je je vwo diploma wel een beetje weg." "Klopt." " Denk gewoon aan wat je het aller leukste vind om te doen." " Het allerliefste zou ik leraar psychologie worden aan een universiteit. Het is alleen.." " Wat is er?" "Mijn ouders zijn ervan overtuigd dat ik geneeskunde moet doen. Maar ten eerste vind ik dat niet leuk en ten tweede ben ik er te dom voor." " Te dom niet. Kan je ze niet overtuigen?" "Hoe? Ze zeggen me elke dag hoe trots ze op me zullen zijn als ik een dokter ben, en ik wil ze niet teleurstellen. En ook niet kwetsen." " Als je uitlegt dat je echt iets anders wil. Ik bedoel het is jouw leven." Hij knikte. " Dat zou ik toch nooit durven." " Dan gaan we samen." Ik stond op en pakte zijn hand. Met hem achter me aan gesleurd huppelde ik de brug over. Ik liep naar zijn huis en belde aan. Wouter was zenuwachtig. De deur ging open en Wouters vader deed open. Ik stak mijn hand uit en zei:" Hoi, ik ben Lena." Normaal was ik verlegen maar ik had nu geen zin om verlegen te zijn. Wouters vader nam de hand aan en zei:" Johan, aangenaam." Hij liet ons naar binnen. Het huis was groot maar kaal. Alles was wit of zwart, het voelde ongezellig. Waarschijnlijk werkten Wouters ouders heel hard en hadden ze veel geld.
Toen we allemaal in de woonkamer zaten zei Wouter:" Mam, pap, ik wil psychologie studeren en leraar worden aan de universiteit. Geen geneeskunde. Sorry." De woorden vlogen zijn mond uit en hij werd rood. Zijn ouders keken elkaar aan. Zijn moeder zei:" Wouter, je maakt een grapje toch?" Wouter schudde zijn hoofd. zijn moeder zei hysterisch:" Je kan ons niet zomaar in de steek laten. We hadden het voor je geregelt. Wou, we weten wat het beste voor je is." "Jullie hebben nooit mijn mening gevraagt. Dit is wat ik wil. Het is tenslotte mijn leven!" Ik zag dat Wouter boos begon te worden. Ik voelde me een beetje ongemakkelijk tussen een opkomende ruzie. Opeens werd ik misselijk. Of het nou door Wouter, door Daan of door iets anders kwam wist ik niet maar ik rende naar het toilet waar ik vervolgens overgaf. Ik voelde me brak. Wouter stond in de deur opening en hielp me omhoog. Hij zei:" Alles oké?' Ik knikte. Ik geneerde me dood. Wouter keek bezorgt en zei:" Kom, ik breng wel naar huis, ik ben toch klaar met mijn ouders. Ze begrijpen me toch niet. Zullen ze ook nooit." Ik zag verdriet in zijn ogen. Langzaam stond ik op en knuffelde ik hem. Waarom wist ik niet, het ging gewoon vanzelf. Ik woelde met mijn hand door zijn krullen. Hij hield me stevig vast en ik snoof zijn geur op. Hij rook lekker, dat moest ik toegeven. Toen liet Wouter me los en pakte mijn hand en trok me het huis uit. Ik stond buiten met mijn jas half aan. Ik deed hem aan em knoopte mijn jas dicht. We liepen de brug weer over. De wind was nog erger dan daarvoor en blies me bijna opzij. Het was koud, Wouter sloeg een arm om me heen. Als vrienden. We liepen naar mijn huis en voor de voordeur zei ik:" Kom anders nog even binnnen. Dan kan je even opwarmen. Mijn ouders zijn toch niet thuis." Ze waren wel thuis maar waren waarschijnlijk al aan het slapen of naar de bioscoop of zoiets. Hoewel het pas 8 uur was waren ze vaak al naar bed. Wouter twijfelde even en ging toen toch mee naar binnen. Op het gangkastje zag ik een briefje liggen:
wij zijn uiteten, er staat eten in de koelkast. Morgen eten we allemaal samen. Veel liefs, mam&pap
Ik glimlachde toen ik het briefje zag. Toen deed ik mijn jas en schoenen uit. De warmte van ons huis kwam me tegenmoet. We hadden vloerverwarming wat echt heerlijk was. Ik nam Wouters jas aan en hing hem aan de kapstok. Toen zei ik dat Wouter me moest volgen en ging op de bank zitten. Ik zei:" Wil je een film kijken?" "Prima" Hij grijnsde weer. " Wat zit je nou weer te grijnzen" zei ik nu ook grijnsend. " Ik weet niet, zo is mijn gezicht nu eenmaal." Ik lachte. We zochten een film uit. Het ging over een beroemde zakenman. Veel had ik er niet van meegekregen omdat Wouter me in mijn zij prikte en omdat we wat aan het klooien waren. We waren ergens midden in de film, Wouter was aan het opletten en ik sloot mijn ogen. Voor ik het wist viel ik in slaap.
Ik werd wakker doordat Wouter zachtjes tegen me aan duwde. Ik opende moeizaam mijn ogen en merkte dat ik helemaal tegen hem aan lag. Hij had een arm om me geen geslagen en ik had mijn knieën opgetrokken. Ik werd rood en ging snel weer normaal zitten. Wouter zei:" De film is afgelopen."  Hij haalde een hand door zijn haar. Ik bloosde, hij glimlachde. Ik was zo stom, zo ontzettend stom. Waarom moest ik nou weer zo nodig in slaap vallen. Ik wreef in mijn ogen en zei:" Hoe laat is het?" "Tien uur" "Zullen we ergens uit gaan? Het is nog niet zo laat." "Ja! Gezellig!" " Ik weet een leuke kroeg, kom. Ik kleed me even om." Wouter knikte en ik rende de trap op. Ik trok een glittertopje aan met daarover een vestje. Toen deed ik wat make-up op en liep naar beneden. Daar trok ik enkellaarsjes aan en mijn jas. Wouter stond al bij de voordeur. Hij had een blouse aan en een bruine broek met daarbij mooie bruine schoenen. Hij zag er goed uit. We stapten in de tram en zaten zwijgend naast elkaar.

Reacties

Populaire posts van deze blog

de date

De media

Jij bent jij en ik ben ik