De glinsterende zee
Ik keek in zijn ogen, waarin de zee glinsterde. Hij keek treurig naar de horizon. "Wat is er?" Ik verstoorde zijn gedachten. Afwezig zei hij:" Ik...niks." Hij keek naar de schelpen op het strand. Toen pakte ik mijn handdoek en legde hem op mijn plekje, sprong vervolgens de zee in. Ik voelde het genot van de koude waterdruppels op mijn arm. Marc keek nog steeds afwezig naar de schelpen. Ik vroeg me af wat er zich in zijn hoofd afspeelde. Waar zou hij aan denken? Waarom was hij zo treurig? Zou hij ook aan Pien en haar vriendinnen denken? Of aan de voetbalwedstrijd van gisteren? Zou hij aan mij denken? Ik kreeg een warm stroperig gevoel bij die gedachte. Toen dook ik naar beneden en voelde het zout in mijn ogen prikken. Langzaam trappelde ik weer omhoog en zag dat Marc eraan kwam. Hij dook in de zee en zijn bruin-blonde haren werden nat. Nu liep ik over het zand en voelde de zachtheid van het zand tussen mijn tenen. Ik pakte mijn handdoek en veegde het eraf. Het schuu...