Mijn ogen kijken, proberen, in de jouwe te kijken, maar jouw blik is niet op mij gefocust. Wanhopig probeer ik jouw blik te vangen, maar ik durf mijn stembanden niet te gebruiken. Ik wil dat er een spontaan moment komt tussen ons, dat het gebeurd omdat het zo zou moeten zijn. Het lot, ik wil er zo graag in geloven dat ik te lui ben om actie te ondernemen. Misschien is het niet luiheid, misschien is het eerder goedgelovigheid, naïviteit. Ik wil geloven dat alles gebeurd met een rede, dat ik jouw blik niet vang omdat jij zo meteen naar mij zal kijken. Soms vraag ik mij af, of ik er ook echt in geloof, in het lot. Of ben ik te bang om actie te ondernemen? Bang voor een afwijzing, bang dat mensen mij niet leuk vinden. Bang voor menselijk zijn? Misschien ben jij het niet eens, misschien ben jij helemaal niet zo speciaal, maar misschien wil ik gewoon een persoon hebben die mij opvangt en jij lijkt wel geschikt. Je hebt mij niet beetgepakt en meegesleurd, maar je bent goed genoeg. Moet ik te...